REDUX

Informatie over het REDUX

Redux logo                                                             

REDUX  staat voor REducing Delay through edUcation on eXacerbations

Scholing

De bedoeling is om door scholing van zorgverleners en educatie van patiënten exacerbaties in de eerste lijn eerder te herkennen en te behandelen.

REDUX bestaat uit:  een scholing van 3 modules die op één avond gegeven wordt; tijdens de scholing worden herken- en actieplannen uitgedeeld om mee te gaan werken in de praktijk.

REDUX staat niet voor verminderen van aantal exacerbaties maar voor het verkleinen van het delay tussen herkenning en actie.

De scholing wordt gegeven door een kaderhuisarts en een ervaren praktijkverpleegkundige/longverpleegkundige; het is sterk aan te raden om daar de regionale longarts en longverpleegkundige bij uit te nodigen, omdat het vaak gemeenschappelijke patiënten betreft ( mensen met frequente longaanvallen). 

Wetenschappelijk onderzoek

Het is bij het LUMC bewezen dat het gebruik van REDUX inderdaad de delay verkleint tussen herkenning van de klachten en het in actie komen van de patiënt. Hier kunt u het gehele artikel nalezen. 

Inhoud

Tool voor (h)erkennen exacerbatie, zelfmanagement ondersteuning

Toelichting: de verschijnselen/klachten van een beginnende exacerbatie (longaanval) zijn zeer persoonlijk. M.b.v. deze vragenlijst kan de HA/PVK-POH samen met de patiënt een duidelijk beeld krijgen wat er is gebeurd, hoe de longaanval bij déze patiënt te herkennen is, zodat in de toekomst  sneller en adequater door de patiënt zelf ingegrepen kan worden.

Wanneer gebruiken: bij de in het kader van een longaanval gemaakte controleafspraak bij de PVK/POH twee weken na een doorgemaakte longaanval. Samen wordt teruggekeken naar aanleiding en beloop van de longaanval en naar wat in de toekomst bij een nieuwe longaanval gedaan kan worden.

TIP: laat de patiënt de CCQ-vragenlijst iedere week 1x invullen, gedurende een aantal weken achter elkaar op een vast moment. Zo kan de patiënt beter klachten (h)erkennen.

Vragenlijst:

De volgende vragen komen aan bod:

  1. Hoe voelde u zich enkele dagen voor de verslechtering?
  2. Welke klachten had u?
  • Hoestte u meer dan  normaal?
  • Kortademigheid e/o piepende ademhaling?
  • Meer slijm, kleur?, wat u moeilijk kwijt kon?
  1. Wat ging minder makkelijk? (denk bijv aan de trap oplopen of de hond uitlaten)
  2. Wat merkte de mensen om u heen, denk bijvoorbeeld aan uw stemming?
  3. Hoe ging slapen?
  4. Wat deed u met uw klachten? (bijv meer medicatie, meer zitten, ziek melden?)
  5. Wanneer heeft u contact opgenomen met uw huisarts of longarts?
  6. Wat denk u dat de aanleiding is geweest voor de verslechtering van uw COPD? (denk aan stress, relatieproblemen, griep, etc)

Vervolgens vult de PVK/POH samen met de patiënt het persoonlijke “herken-en-actieplan” in.

Voor het invullen van de medicatie verwijzen we naar de NHG-Standaarden. Laat de patiënt als het slechter gaat maximum dosering kortwerkende en/of langwerkende luchtwegverwijders gebruiken. Laat de patiënt bij verbetering van zijn klachten hier nog 5-7 dagen mee doorgaan: bespreek afbouw naar normale dagdosering.