Ziektelastmeter
De ziektelastmeter begeleidt patiënten en de zorgverlener in 5 stappen door het consult heen:
Fase 1: inventariseren
Fase 2: visualiseren
Fase 3: shared-decision making
Fase 4: concretiseren
Fase 5: monitoring
Inventariseren
- Probleem inventariseren
- Kwalitatief door middel van anamnese van de integrale gezondheid
- Data verzamelen door in te vullen in de ziektelastmeter
- CCQ + 4 aanvullende vragen,
- MRC,
- Rook parameters
- Exacerbatiefrquentie
- Gewicht, BMI
- Longfunctie gegevens
- Norm gezond bewegen
Visualiseren
De ingevulde vragenlijst wordt nu digitaal afgebeeld in een “balonnenschema”.
Informeer patiënt over het zichtbare plaatje, maar probeer als hulpverlener niet zelf te interpreteren.
Wacht op de reactie van patiënt.
Vraag daarna door met open vragen om de persoonlijke behandelmogelijkheden samen helder te krijgen. Bied hulp aan en geef uitleg zodat patiënt juiste keuze kan maken.
Shared-decision making
Nadat de patiënt duidelijk heeft wat voor hem/haar het schema inhoudt, voer dan een gesprek over haalbaarheid en wenselijkheid afhankelijk van het persoonlijke, haalbare doel. De patiënt kan kiezen uit verschillende therapeutische interventies per ballon.
Je kunt de verschillende, bijbehorende therapeutische interventies zichtbaar maken door op één van de ballonnen te klikken. Als een bepaalde interventie gekozen is, kan die worden aangevinkt.
Maak vooral tijdens deze fase gebruik van gemotiveerde gesprekstechnieken om zo persoonsgericht mogelijk te werk te gaan. Vergeet daarbij niet uit het oog, dat de zorgverlener ook een professional is, die de belangen voor de gezondheid wel moet benadrukken om te komen tot een goede strategie.
Concretiseren
Tijdens deze fase maak je de doelen en afspraken concreet. Schrijf zo bondig mogelijk het persoonlijke streefdoel op. De ziektelastmeter zal daaronder zelf de uitwerking van de therapeutische interventies die er gekozen zijn noteren. Deze kun je nog aanpassen aan de persoonlijke omstandigheden.
Monitoren
Je kunt de ziektelastmeter ook goed gebruiken om ingezette therapieën te vervolgen of om een jaarlijks controle bezoek te evalueren.
Hiervoor wordt een nieuwe ziektelastmeter bij dezelfde patiënt gebruikt. Ook nu dienen de punten uit de inventarisatie-fase te worden ingevoerd. Er wordt opnieuw een plaatje zichtbaar, met het verschil dat de oude waarden in een grijze ballon zichtbaar wordt. Hierdoor wordt vooruitgang of achteruitgang gevisualiseerd.
Het tijdschema van monitoring hangt sterk af wat je afspreekt t.a.v. de ingezette interventie.